zaterdag 18 september 2010

Dag 5 & 6: Alghero - Bosa & Castello Malaspina - Nuraghe Palmavera



Vanuit Alghero bezoeken we het typische stadje Bosa, gelegen aan de enig bevaarbare rivier van Sardinië. 


Zoals in veel andere stadjes op Sardinië is het vakmanschap er nog heel belangrijk en zo is Bosa ondermeer bekend voor zijn bijzondere goudsmeden. 
























De gevels van de huizen zijn in prachtige kleuren geverfd.


















































De resten van het kasteel gebouwd door de Genuese graaf Mallaspina, verheffen zich boven dit stadje dat ooit door de Feniciërs gesticht werd. 

Na een flinke klim door de oude wijk Sacosta, die tegen de heuvel Serravalle geplakt ligt en waar een vrouw bezig is met het drogen van tomaten op een muurtje, komen we boven aan het kasteel.









Na de lunch vertrekken we naar de necropolis van Sant’ Andrea Priu   en komen we een eerste keer in aanraking met de oude vestingachtige ronde constructies in steen. 












We worden eveneens getroffen door de onaangetaste natuurlijke context waarin de nuraghen liggen.









Het prehistorische graf (3000 jaar a/C) Domus de Janas (Graf der Feeën)  is indrukwekkend.





 



















 Het werd later als vroeg-christelijke kerk gebruikt, getuige de bewaarde fresco's.





In centraal Sardinië, in de historische streek van de Meilogu, ligt een hoogvlakte die de toepasselijke naam Valle dei Nuraghi, vallei van de nuraghi, heeft gekregen omdat er een groot aantal nuraghi, torens uit de bronstijd, te vinden is. 

De belangrijkste hiervan is Nuraghe Santu Antine, één van de meest in het oog springende majestueuze bouwwerken uit de Sardijnse bronstijd. Deze nuraghe ligt niet ver van de ss131 Carlo Felice, vlak bij de afslag van Torralba. De naam dankt het bouwwerk aan de meest populaire van de heiligen in de laat-Romeinse en byzantijnse tijd, Constantijn, Antine in het Sardisch, de Romeinse keizer die van het christendom de staatsreligie maakte. De lokale bevolking had het bouwwerk de naam Sa Domu de su Re (het huis van de koning) gegeven. De complexe nuraghe is omringd door de resten van hutten uit de bronstijd en fundamenten van huizen uit de romeinse tijd.
De nuraghe behoort tot één van de eerste die de aandacht trok van de geleerden in de 18de en 19de eeuw, waaronder Giovanni Spano. Een eerste tekening van de nuraghe stamt uit 1774 (Francecso Cetti) en de eerste foto uit 1901 (Giovanni Pinza). In de twintigste eeuw besteedden archeologen als Taramelli, Maetzke, Lilliu, Contu en Moravetti aandacht aan de site en publiceerden hun bevindingen.
De archeologische site wordt tegenwoordig beheerd door de gemeente Torralba.






Het complex is verbonden met gangen.


 
Terug in het hotel gaan we zwemmen en bij het verlaten van het zwembad glijd ik uit op de trap en bezeer mijn rug, heel pijnlijk, 2 ribben gebroken (al wist ik dit pas later). Zware pijnstillers gaan kopen s'anderendaags in de apotheek om toch maar de reis verder te zetten.

S'anderendaags bezoeken we het Nuraghe complex van Palmavera, ten noordwesten van Alghero.




Deze nuraghe is van kalksteen op basalt,  in tegenstelling tot de andere in het binnenland die van vulkanisch gesteente zijn.













S'namiddags bezoeken we het stadje Alghero,  en ontcijferen zo de middeleeuwse en modernere geschiedenis van Sardinië. Alghero is immers gesticht door de Doria van Genua. In de 14de eeuw wordt deze stad veroverd door de Catalaanse koning Pietro IV, waardoor Alghero nog steeds iets Spaans over zich heeft. 

In het oude centrum ontdekken we verschillende gebouwen met een gotisch-Catalaanse stempel. We wandelen eveneens op de oude vestine en krijgen wat vrije tijd om in de oude straatjes rond te slenteren en de lokale vaardigheid in het bewerken van koraal te bewonderen.

















De straatnamen worden  nog steeds in de 2 talen geschreven: de oorspronkelijke Catalaanse straatnaam, en een nieuwe Italiaanse naam.


















Geen opmerkingen:

Een reactie posten